Duizend bommen en granaten - Reisverslag uit Viengxay, Laos van Sanne Huijsman - WaarBenJij.nu Duizend bommen en granaten - Reisverslag uit Viengxay, Laos van Sanne Huijsman - WaarBenJij.nu

Duizend bommen en granaten

Door: Sanne Huijsman

Blijf op de hoogte en volg Sanne

05 Mei 2014 | Laos, Viengxay

Na mijn vrijwilligersavontuur bij SAE LAO zette ik mijn reis door naar het Noord-Oosten van Laos. Het vertrek uit Vang Vieng viel toch behoorlijk tegen, er was zoveel gebeurd en ik had vanalles meegemaakt deze afgelopen anderhalve maand dat het dorpje toch niet zo makkelijk los te laten was, terecht voelde het alsof ik een stukje van mijn thuis achterliet. Maar gelukkig stond er een nachtbusrit later alweer wat moois op me te wachten, namelijk de UNESCO wereld erfgoedstad Luang Prabang.

Ik begon mijn dag relaxed met een heerlijke portie gefrituurde riviergarnaaltjes en een prachtig, mistig uitzicht over de Mekong. Ik heb de internationale rivier nu op allerlei verschillende locaties gezien, maar dit was toch wel een van haar mooiste kanten. Ze komt tevoorschijn vanuit de mistbanken met een ontzettend sterke stroming en tekent mooi af tegen het omringende heuvellandschap. Luang Prabang was Laos' hoofdstad tijdens de Franse bezetting en die sfeer is niet verdwenen. Het is een mooie, schone stad vol bijzondere bouwwerken, pittoreske geveltjes en kleine straatjes gekleurd met palmbomen en bougainvillea. Bovendien hoef je over het gehalte pattiseries, bistro's en barretjes ook absoluut niet te klagen, als je het Westerse eten gemist hebt tijdens het reizen door Laos, dan bevind je je hier in een walhalla.

Ik bracht een bezoek aan het bijzondere tempelcomplex Wat Xien Tong, bekend om haar roze gekleurde bouwwerken, versierd met turqoise en donkerblauwe, glazen mozaïeken die verhalen uit de geschiedenis en over het Boeddhisme vertellen. De volgende ochtend stonden we vroeg op om rond zes uur de Morning Alm van de Monniken te bekijken. Tijdens deze aalmoestocht belopen de monniken uit verscheidene tempels de straten van Luang Prabang om hun voedsel voor de dag te innen, voornamelijk rijst. Omdat de monnik niet over geld beschikt hangen zijn benodigdheden af van de donaties van de burgers. Gelukkig hoeft hij niet te vrezen, het is een proces waar de Laotiaan graag vroeg voor zijn bed uit komt. Deze traditie zag er maar bijzonder uit en het gaf ons weer een betere kijk in het dagelijksleven van de Laotiaan. Het is geen probleem om toe te kijken, maar er wordt aangeraden je bedekt te kleden en de ceremoniedeelnemers niet te storen. Op sommige punten zijn de straten beladen met (Chinese) toeristenbusjes, maar omdat we op de fiets waren was het geen probleem om een wat rustigere plek te vinden. Het aantal monniken wat ons passeerde was bizar en het herinnerde ons eraan hoe toegewijd men hier is aan haar religie, terwijl de lange slierten jongens en mannen van jong tot oud de straten oranje deden kleuren tijdens zonsopgang.

Na de pracht zonsopgang op het strand aan de rivier bekeken te hebben keerde ik terug naar het hostel voor een reunie met mijn Hollandse vriend Julius, die ik in Chiang Mai (Thailand) had ontmoet. 's Avonds brachten we een bezoek aan de gigantische, hippieachtige Utopiabar, de place to be in Luang Prabang.

Toen vond ik dat het tijd werd voor een must do activiteit in Zuidoost-Azië, namelijk olifanten! Ik wilde echter niet naar een of ander rommelig bedrijf gaan wat zich nauwelijks buigt over de gezondheid van de dieren en ik was bereid om daarom iets meer te betalen, dus boekte ik mijn trip op aanraden van mijn neef en nicht bij Elephant Village - Sanctuary and Resort. En dat was een goede keuze. Ik had mij ingeschreven voor een tweedaagse mahouttraining samen met twee Australiërs. Mahout is een Indiaas woord voor Olifantenberijder, maar het omvat veel meer dan dat. Een mahout is de persoon die voor de olifant zorgt, haar commando's aanleert en ook een band met het dier opbouwt, doordat een mahout meestal zorgt voor slechts één olifant, soms levenslang. De training leerde ons dus bijvoorbeeld hoe je met een olifant omgaat en het dier 'bestuurt'.

We begonnen met het leren van commando's. Door met je beiden voeten zachtjes tegen de oren te schoppen en 'Pai' te roepen loopt het dier rechtdoor. Wanneer je linksaf wil gebruik je alleen je rechtervoet in combinatie met het woord 'Sai', en het tegenovergestelde voor rechts: je linkervoet en 'Kwa'. Bij 'How' stopt de olifant met lopen en bij 'Soi' buigt het dier zelfs voor je, zodat je makkelijk op en af kunt stappen. Het opstappen gaat als volgt: je pakt het oor van de olifant beet met je buitenste hand en je buitenste voet zet je op de gebogen knie van het dier. Vervolgens hijs je jezelf op door je andere arm en been over de nek te zwaaien en je zit op haar nek. De huid van de olifant is bijzonder dik en ruw en de haren op haar hoofd zijn hard. Toch lijkt ze het te voelen als je haar hoofd masseert en van het flappen van de oren kun je afleiden dat ze het fijn vindt.

Na op het terrein met de commando's en het op- en afstappen geoefend te hebben kregen we ieder een eigen olifant en mahout toegewezen voor een mooie tocht door het landschap. Met olifant Mae Sun en Mr. Lek reed ik de heuvels af en zwom de olifant met ons op haar nek door de rivier. Op den duur verdween Mr. Lek zodat ik zelf een flink stuk met Mae Sun kon rijden, terwijl hij het gebeuren vast legde met mijn camera. Bij terugkomst in het kamp kocht ik een tros bananen voor haar, die ze met haar slurf uit mijn handen pakte. Mae Sun is aan een oog blind, waarschijnlijk door een ongeluk toen ze nog in de houtindustrie werkte. Elephant Village koopt de olifanten om ze uit dit soort omstandigheden weg te halen en een beter leven te bieden, ze worden dagelijks gecontroleerd door een in olifanten gespecialiseerde dierenarts. Om genoeg in beweging te blijven, maar niet overwerkt te raken werkt het kamp volgens een beleid dat de dieren niet langer dan vijf uur per dag mogen werken. Ook is het kamp een opvangscentrum voor verongelukte, wilde olifanten. Zo stapte een van de olifanten bijvoorbeeld op een landmijn, maar is ze door de goede verzorging inmiddels weer in staat om te lopen.

Na de lunch staken we per boot de rivier over om het ondeugende, speelse baby olifantje Maxi te ontmoeten. Elephant village probeert namelijk ook eens in de zoveel tijd de dieren te fokken, maar in haar dertienjarige bestaan is Maxi het eerste en enige succesgeval geweest. De stress die het vroegere werk de olifanten bezorgd heeft, heeft een geringe vruchtbaarheid als gevolg. Toch is het belangrijk dat reproductie geprobeerd wordt, omdat de diersoort met uitsterven bedrijgt is. Vervolgens werden we naar ons verblijf gebracht, het 'Path to Lao Spirit Resort', een mooi ingerichte jungle 'hut' met een pracht uitzicht over de rivier vanaf het balkon. Aan het eind van de dag brachten we een aantal olifanten terug naar hun verblijfplaats in de jungle, ditmaal reed ik op olifant Mae Lay Kam, letterlijk vertaald als 'Godin van het bos.' Voor het avondeten konden we nog genieten in het zwembad van het Shangri-La resort, wat zelfs een bar midden in het bad heeft. Die avond viel ik in slaap onder een met sterren getekende hemel, bergen die met rode lijnen (lees: bosbranden) gekleurd waren en het olijke gekakel van een gecko in mijn kamer.

Terwijl de zon opkwam en de mistbanken langzaam wegtrokken voeren we met de longtailboot terug naar de jungle om onze grote viervoeters op te halen. We brachten ze naar de rivier voor hun wasbeurt, volgens mij hadden zij daar net zoveel plezier in als wij. Mae Lay Kam was zo enthousiast dat ze er vrolijk vandoor zwom. Met mij nog op haar rug. Toen we haar eindelijk weer terug hadden gekregen bij de rest van de groep maakte ze er een wedstrijdje van om iedereen zo nat mogelijk te spuiten met haar slurf. Wij mogen elkaar wel.

Eenmaal terug in Luang Prabang bezocht ik nog wat leuke (nacht)marktjes en kocht ik er de must have van iedere backpacker in Zuidoost-Azië: de harembroek met olifantprint. Aan het eind van de dag beklom ik Phou Si heuvel, bijnaam: Pussyhill, voor een mooi uitzicht over de stad en opnieuw ging ik er natuurlijk niet vandoor voordat ik de zonsondergang gezien had. Bovendien was het de perfecte plek om op mijn dooie gemak in mijn reisdagboek te schrijven en de blog een beetje bij te werken.

Na Luang Prabang zette ik mijn trip voort naar Phonsavan, bekend om haar 'mysterieuze kruikenvlakte', maar tevens ook een zwaar gebombardeerd gebied. Dat laatste was al tijdens de rit erg goed te zien, hier en daar tekenden grote, ronde gaten het agrarische landschap. Zoals ik al eens eerder had verteld wordt veel van het, soms nog steeds schadelijke, restmateriaal van de bombardementen uit de Vietnamoorlog verzameld en verwerkt tot meubilair, hier kon ik dat goed zelf ondervinden want de raketten en bombies waren werkelijk overal te vinden. De restaurants, de hostels, de straatlantaarns. Overal. Om een voorbeeld te geven van mijn hostel: de vuurkorf was een gehalveerde raket van twee meter, de lampen waren gemaakt van 'pineapplebombs' en zelfs de sleutels van mijn kamer zaten vast aan kleine klusterbommetjes. Een beetje een macabere sfeer.

De volgende ochtend huurde ik een fiets en ging ik op pad door het stoffige heuvellandschap. Of een fiets in combinatie met zandwegen nou heel erg slim was... Waarschijnlijk niet, maar ik had het prima naar mijn zin en het zag er tevens erg vermakelijk uit voor de rest van het Laotiaanse volk. Het was er in ieder geval een stuk minder heet dan in Vang Vieng doordat ik me inmiddels op zo'n duizend meter hoogte bevond. Tegen de middag kwam ik aan bij The Plain of Jars, ofwel de kruikenvlakte. Nu is dit een beetje lastig uit te leggen, omdat eeuwen later nog steeds niemand de betekenis van de kruiken weet. De vlakte ligt bezaaid met stenen kruiken, varierend in grootte en positie. De oorsprong is dus onbekend, maar wel zijn er enkele theorieën. Zo zouden het opslagplaatsen geweest kunnen zijn voor rijst, ter voorbereiding op een groot festijn. Of ze waren bedoeld voor wijn en zou dit een speciale methode voor het brouwen zijn. Weer een andere theorie vertelt dat het graftombes zijn ten gevolge van een bloederige oorlog. Het gaat in totaal om honderden kruiken en vermoedelijk dateren ze uit de zesde eeuw.

Doordat de Phonsavanregio een van de gebieden is die zwaar geleden heeft onder de Amerikaamse bombardementen zijn sommige stukken land nog steeds volkomen ombegaanbaar door UXO (items of unexploded ordnance), ook de kruikenvlakte. Hierdoor is het dan ook ten strengste verboden om van het pad af te gaan (dat gemarkeerd is met witte en rode stenen, blijf binnen het witte pad!), ondanks dat het gebied meervoudig door MAG, Mines Advisory Group, ontruimd en uitgekamd is. Dit is dan ook een regel waar je je echt aan houdt, want zodra je het gebied in komt merkt je direct dat het geen grootspraak is. Het veld ligt bezaaid met kraters van bommen, sommigen ontploft tijdens de oorlog en anderen daarna. Soms opgeblazen door MAG, soms ontploft door een nietsvermoedende voorbijganger. Met alle gevolgen van dien. Ook was er een kleine grot, waar zo'n tweehonderd man schuilden tijdens de bommenregen. Dat hield men een tijdje vol, totdat de grot werd ontdekt en opgeblazen. Met alle dorpelingen er nog in. Het hartverscheurende verhaal een vader die minuten later aan kwam en tot de ontdekking kwam dat zijn hele dorp in letterlijk één klap was uitgemoord is er te lezen. De grot is gevuld met stenen torentjes en een altaar ter nagedachtenis. Hun vuurkorven liggen nog steeds op de grond, hun olielampen ook. De twee gaten in het dak van de grot laten een zielig straaltje licht door, een minimale compensatie. Het slagveld vol platgebrande stukken land en scherven van gebroken kruiken laat een sombere impressie achter en het drukt je neus weer op de feiten dat deze geheime oorlog nog kersvers in het geheugen van de Laotiaan zit en dat dat er voorlopig nog niet uit gaat. Ik had dan ook even een momentje nodig om het allemaal te laten bezinken, dus vond ik een rustig plekje om te zitten en staarde ik een uurtje over de vlakte uit.

Ook terug in Phonsavan hielden de confrontaties niet op toen ik besloot om naar het MAG centrum te gaan om een aantal documentaires over de oorlog te bekijken. Toevallig was de eerste dezelfde docu 'Surviving the peace' die ik had gezien in in het COPE centrum, Vientiane (zie mijn eerste reisverslag over Laos), al viel alles een stukje beter op zijn plaats nu ik het gebied met eigen ogen had gezien. Daarna keek ik de documentaire 'Bombies', die ons weer een aantal andere schokkende feitjes bracht. Een daarvan is dat vandaag de dag zeventig procent van de Laotiaanse bevolking niet genoeg te eten heeft als gevolg van de bommen die de grond verpest hebben. Op grote stukken land kun je je kont niet keren of er ligt een bom, en kun je dat wel dan moet je nog steeds op je hoede zijn, want niemand weet wanneer je nietsvermoedend met je schop op een bombie stuit. Het is een nieuwe vorm van grondvergiftiging die tachtigmiljoen ongeëxplodeerde bommen en tevens de reden dat het Laos niet lukt om zich verder te ontwikkelen. De boodschap van de documentaire was kortweg: zolang er bommen in Laos te vinden zijn zal het land zich nooit verder kunnen ontwikkelen. Laos is een van 's werelds armste landen.

De volgende dag bracht een lange busrit mij weer wat afleiding. Ik klaag niet vaakt over bussen, maar dit was werkelijk waar de meest verschrikkelijke rit in een minivan die ik heb gehad tot nu toe. Nou zit ik sowieso al liever in een harde, gammele lokale bus dan een 'comfortabelere' (lees: gebrek aan beenruimte, jullie zijn bekend met de gemiddelde lengte van een Hollander) en duurdere minivan. In een minivan passen in totaal maximaal twaalf personen, maar doordat meneer de geldwolf van een buschauffeur Jan en alleman van de weg oppikte waren we uiteindelijk met zeventien. Juist, vijf personen extra die eigenlijk stuk voor stuk al niet in het autootje pasten en dat acht uur lang over een hobbeldebobbel weg. Wat waren wij blij toen we aankwamen in Xam Neua.

De reden dat we hier beland waren was niet het plaatsje zelf, maar de grotten van Vieng Xai. Met zijn vijven namen we een tuk tuk naar het dorpje wat een uurtje verdop lag. Eerst wandelden we er wat rond, het deed me een beetje denken aan Vang Vieng met het mooie scherpe karstgebergte waar dit dorp mee omringd was. Je kunt de grotten van Vieng Xai alleen bezoeken per audiotour, maar dat is het zeker waard, wat een goede tour! Wat er zo bijzonder is aan deze grotten? Tijdens de Vietnamoorlog hielden ze de Pathet Lao, Laos' voornaamste communistische partij, schuil en de omringende dorpen. Ik heb het dan niet over een man of tien, maar maarliefst 23.000 mensen! Negen jaar lang woonden zij in deze grotten en wisten ze op bijzondere wijze de barre omstandigheden om te toveren naar een toch enigszins humane levenswijze door binnen het netwerk van grotten slaapzalen, kantoorpanden, theaters, winkels, ziekenhuizen enzovoorts te bouwen, erg indrukwekkend hoe goed deze mensen zich aan hebben weten te passen en hoeveel levens daarmee gered zijn.

Onze tour deden we per fiets, met gids en een koptelefoon. De gids geeft bij elke plaats een introductie, die extra wordt toegelicht door middel van de audiotour. Daarnaast hoor je ook interviews, nagespeelde stukken en geluidseffecten (met name van bommen) ter sfeerimpressie, het levert absoluut een goede bijdrage aan de tour. We bezochten onder andere de verblijfplaats van oudpresident Kaysone Phomvinahe en de vergaderzalen van de Politburo, de leiders van de Pathet Lao. Het grottennetwerk bestaat in totaal uit zo'n 480 verschillende grotten. Men schuilde er voornamelijk overdags, want dat was wanneer de bommenwerpers overvlogen en werkte 's nachts op het land. De partijleden, de boeren, de kinderen, iedereen werkte samen en hielp elkaar als dat nodig was.

De Pathet Lao is een communistische partij die in 1950 is opgericht en over Laos leidt sinds 1975. De bombardementen in dit gebied staan los van degene waar ik eerder over had verteld (dat de bommenwerpers een vrije dropzone hadden in Laos als ze hun doel misten in Vietnam, puur en alleen omdat ze niet konden landen met een volle lading explosief materiaal). Deze bommen waren wel doelgericht, namelijk op de Pathet Lao gevuurd omdat zij samenspanden met de Vietnam People's Army, de Viet Minh, de Viet Cong en de Khmer Rouge tegen de Franse Unie en een bedrijging vormden voor de Westerse, democratische denkwijze. Tegelijkertijd speelde zich in Laos ook nog een burgeroorlog af tussen de communistische Pathet Lao en het democratische Royal Lao Government. De Pathet Lao heeft dus een tijd deel van het land bestuurd vanuit de grotten.

Omdat ik niet in één keer door kon naar mijn volgende bestemming kwam ik onverwachts terecht in Nong Khiaw, een verrassend mooi bergdorpje gelegen aan beide oevers van een brede rivier. Ik had een mooi hutje aan het water en genoot er van een bamboesoepje. De keuken van Laos is pittig en zuur, met als voornaamste ingrediënten chili, limoen, mint, koriander, gember, galanga en basilicum. Gerechten zijn simpel, maar altijd vers en goed bereid, bovendien erg gezond. Laos' signaturedish is Laap, een koud gerecht van kleine stukjes vlees, kip of vis, koriander en mint. Je eet het met kleefrijst. Verder worden er ook veel noedelsoepen geserveerd, die je zelf met specerijen, een mandje groentes en limoen op smaak brengt. Zoals al eerder verteld is de Franse invloed nog steeds goed te merken, met name in de grotere steden kun je op elke hoek van de straat wel kraampje vinden voor crêpes en baguettes. Ook staan er altijd wel een aantal bekende Thaise gerechten op het menu, zoals curry of pad Thai.

Na nog een keer overgestapt te zijn in Udomxai kwam ik die avond na mijn tweedaagse rit eindelijk aan in mijn laatste reisbestemming in Laos: Luang Namtha. Ik en mijn reisbuddy plofte dan ook uitgeteld en wel direct op ons bed om wat slaap in te halen, niet vermoedend dat we volgende ochtend rond half zes gewekt zouden worden door een lading communistische propaganda en gezang die door de hele stad uit de speakers knalt.

Op mijn laatste dag in Laos huurde ik weer een fiets en ging ik lekker op pad. Ik kwam uit bij een dorpje van het Lentenvolk, wat gekenmerkt wordt door haar indigo klederdracht en kunst van het maken van papier uit rijst. Een mengsel van water en vezels wordt uitgesmeerd op indigo doeken, die als scherm gespannen staan. Het mengsel droogt een aantal uren op deze schermen in de zon, waarna het rijstpapier eraf gepeld kan worden. Daarna reed ik verder naar een waterval waar ik een tijdje met de eigenaar van een winkeltje in het zonnetje zat. De man zat op z'n Laotiaans relaxed voor zich uit te staren, terwijl hij in het zonlicht op zijn dooie gemak genoot van een Beerlao en zijn baard plukte met een nagelschaartje.

Deze twee weken heb ik dus een hele andere kant van Laos gezien dan de anderhalve maand ervoor, een kant die me eigenlijk ook wel enigszins naar Laos trok. Het is een land met veel verschillende gezichten en verhalen: want naast het cultureel erfgoed en het feestoord heb ik een stukje van het Laotiaanse leven mogen proeven tijdens mijn vrijwilligerswerk, wat nu verrijkt is met meer achtergrondinformatie en een boeiende geschiedenis. Laos is voor mij een bijzonder land geweest met veel mooie herinneringen, maar het avontuur houdt ook hier niet op. De reden dat ik naar Luang Namtha trok was namelijk de grensovergang met het vierde land van deze reis:

China

  • 05 Mei 2014 - 22:31

    Dieck:

    Sanne, weer een prachtig verhaal. Laos op meerdere manieren ontdekt.
    Ben benieuwd naar je Chinese avontuur. Dieck

  • 06 Mei 2014 - 11:39

    Chris Jebbink:

    Hallo Sanne,
    Alweer een poosje niet gereageerd op je verhalen, maar ik geniet ervan. Heel bijzonder wat je allemaal meemaakt.


  • 25 Mei 2014 - 11:48

    Marianne:

    Hoi Sanne, het is zondagochtend, een mooie gelegenheid om je fraaie reisverslag van Laos te lezen. Een indrukwekkend verhaal. Op naar China! Marianne

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Sanne

Http://struckbywanderlust.blogspot.com

Actief sinds 08 Juni 2011
Verslag gelezen: 2032
Totaal aantal bezoekers 38743

Voorgaande reizen:

23 December 2014 - 22 Januari 2015

Filipijnen

27 Oktober 2013 - 16 Juni 2014

Tussenjaar in Oceanië en Azië

27 Juni 2012 - 18 Juli 2012

Peru

27 Juli 2011 - 20 Augustus 2011

Uitwisseling Taiwan

01 November 1996 - 30 November -0001

Andere Reizen

Landen bezocht: